Mr.

MR. SPECIAL NAJAAR 2025 / 19 “HET HELPT ALS JE SNAPT HOE AI-SYSTEMEN ONGEVEER WERKEN” Voor welke werkzaamheden binnen de advocatuur en juridische praktijk vindt u AI op dit moment echt een toegevoegde waarde hebben? “Vooral bij werk dat veel tijd kost, maar niet per se door een advocaat uitgevoerd hoeft te worden. Denk aan het samenvatten van documenten, het ordenen van grote hoeveelheden informatie, het opstellen van schema’s of tabellen, of het maken van een eerste concepttekst. Ook voor vertalingen, het structureren van juridische argumentatie kan AI ondersteunen. Juist doordat AI tools dit voorwerk kan doen, houd je als advocaat tijd over voor het analytische en strategische denkwerk. Daar zit juist onze toegevoegde waarde: het maken van de juiste juridische inschatting, het begrijpen van context en belangen, de risk appetite van de client, en het adviseren op maat. AI maakt het werk niet minder inhoudelijk, het maakt ruimte vrij om daar juist méér aandacht aan te besteden.” Wat zijn volgens u de grootste risico’s van AI-gebruik in juridische processen of besluitvorming door bedrijven en overheden? “Het risico is dat we AI-uitkomsten te snel voor waar aannemen, zeker als niet duidelijk is hoe een bepaalde conclusie precies tot stand komt. Of AI nu wordt ingezet binnen juridische processen, of juist als onderbouwing van besluiten, bijvoorbeeld op basis van dataanalyses of scoringsmodellen, dat gebrek aan transparantie kan grote gevolgen hebben. Zeker bij gebruik door overheden of in het bedrijfsleven, waar AI-toepassingen steeds vaker invloed hebben op beleidsmatige keuzes, ontstaat het risico dat beslissingen niet meer uitlegbaar of toetsbaar zijn. Als je niet kunt uitleggen hoe een beslissing tot stand is gekomen, wordt verantwoording afleggen lastig. Juist daarom moeten wij als advocaten en juristen scherp blijven, niet alleen op de uitkomst, maar vooral ook op het proces dat daaraan voorafgaat.” DUIDELIJKE KADERS NODIG Wat moet de wetgever nu doen om AIinnovatie in goede banen te leiden? “Er ligt met de AI Verordening een basis, maar daarmee zijn we er niet. Wat nu nodig is, zijn praktisch toepasbare richtlijnen, zeker ook voor sectoren waar veel AI wordt ontwikkeld en ingezet, zoals bij scale-ups en het MKB. Daar ontbreekt het vaak niet aan ambitie of technische kennis, maar wel aan duidelijke kaders die wél werkbaar zijn in de praktijk. Het recht is uiteindelijk een kader, en hoe we dat kader toepassen en interpreteren, maakt het verschil. Het is daarom belangrijk dat wetgever en toezichthouders ruimte blijven creëren om te experimenteren en te leren. Dat kan door het opzetten van voldoende regulatory sandboxes, maar ook juist het ondersteunen van initiatieven vanuit het veld, en het ontwikkelen van richtlijnen die niet alleen juridisch kloppen, maar ook praktisch uitvoerbaar zijn. Zo komen innovatie en governance niet tegenover elkaar te staan, maar juist in elkaars verlengde te liggen.” Wat is in uw ogen het grootste misverstand over AI dat onder juristen leeft? “Dat je er ‘te weinig van weet’ om er iets zinnigs over te zeggen. Terwijl je als advocaat en jurist juist getraind bent om lastige onderwerpen te analyseren, risico’s in te schatten en de juiste vragen te stellen.” Welk advies zou u geven aan juristen die AI willen gaan gebruiken? “Blijf nieuwsgierig: het vakgebied ontwikkelt zich snel en raakt steeds meer aspecten van ons werk. Je hoeft niet alles tot in detail te begrijpen, maar wél te weten wat je gebruikt, hoe je het gebruikt, en waarom.” • Sarah Zadeh AI & ethiek

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=