Mr.

MR. 5 2025 / 31 gouden peer GoudenPeer BESTUURSRECHT De Gouden Peer bestuursrecht is – net als achttien jaar geleden − voor Rob Widdershoven. Hij heeft er nu wel een functie bij: naast hoogleraar Europees bestuursrecht aan de Universiteit Utrecht is Widdershoven sinds 2013 ook advocaat-generaal in de bestuursrechtspraak. “Formeel bestaat de advocaatgeneraal in het bestuursrecht niet. Maar ik ben het wel.” door Henriette van Wermeskerken foto’s Geert Snoeijer Prof. mr. Rob Widdershoven (1959) heeft naast zijn hoogleraarschap, waar hij tachtig procent van zijn tijd aan besteedt, een heel bijzondere set functies: hij is staatsraad in buitengewone dienst bij de Raad van State, raadsheer-plaatsvervanger in het College van Beroep voor het bedrijfsleven én in de Centrale Raad van Beroep. “Staatsraad in buitengewone dienst betekent hetzelfde als plaatsvervanger, dus ik ben bij die drie bestuursrechtelijke colleges plaatsvervanger. Mijn taak is het uitbrengen van conclusies in zaken. Vandaar dat mijn functie advocaat-generaal wordt genoemd, want dan snapt iedereen wat ik doe. Maar formeel bestaat die functie niet. In de wet staat alleen dat de voorzitter een lid van het college kan vragen een conclusie uit te brengen in een bepaalde zaak. De drie colleges wilden graag iemand die een beetje op afstand stond, die er wat onafhankelijker naar zou kijken. Vandaar dat ik nu als plaatsvervanger aan alle drie de colleges kan adviseren.” CONCLUSIES Advocaat-generaal (AG) is Widdershoven sinds 2013. Hij concludeert maximaal zo’n drie keer per jaar, maar het zijn uitgebreide adviezen. “Zo'n conclusie beslaat rond de 150 bladzijden, en behandelt vaak een ruime juridische vraag of leerstuk. Ze worden gepubliceerd en soms is er discussie over. De functie van AG is er om de rechtseenheid en de kwaliteit in het bestuursrecht te bewaken. In totaal zijn er vijf AG’s in het bestuursrecht; sommigen zijn aangesteld bij meerdere colleges, anderen bij één. De conclusie wordt gevraagd door de voorzitter van een van de colleges, maar in de kamer die de zaak doet kunnen alle andere colleges ook vertegenwoordigd zijn. Ook dat werkt als instrument van rechtseenheid. Als alle colleges in de beslissende kamer zitting hebben, noemen we dat de grote kamer.” Er zijn vier hoogste rechtsprekende organen in het bestuursrecht: naast de drie genoemde ook nog de Hoge Raad als cassatierechter in fiscale zaken. De Centrale Raad van Beroep oordeelt in hoogste aanleg in zaken van sociale verzekeringen, sociale voorzieningen en ambtenarenrecht. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt over zaken op sociaaleconomisch terrein. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State oordeelt over de andere bestuursrechtelijke zaken, tussen overheid en burger en tussen bestuursorga-

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=