Mr.

MR. 6 2025 / 9 nieuws Wie een idee heeft om het notariaat toegankelijker te maken of het beroep aantrekkelijker te maken, kan sinds kort subsidie aanvragen bij de Stichting Connie Bletz, genoemd naar de eerste vrouwelijke notaris. “De stichting stelt financiering beschikbaar voor projecten die het notariaat vooruithelpen”, vertelt notaris Nadir Trabelsi (Uniq Notariaat), penningmeester van het bestuur. “Denk aan initiatieven voor een betere toegang tot de notaris voor verschillende doelgroepen, of aan projecten die leiden tot vernieuwing in onderwijs en wetenschap of die het beroep aantrekkelijker maken.” De stichting heeft jaarlijks 800.000 euro te verdelen. Haar vermogen is afkomstig van het notarieel Voorzieningsfonds. Omdat dat zijn oorspronkelijke functie heeft verloren is een nieuwe stichting opgericht. Trabelsi: “Er is een paar miljoen in kas. Het is een potje dat uiteindelijk opraakt, de gedachte is dat we daar een jaar of tien over doen.” VERHITTE DISCUSSIE Constance Henriette Arendina Bletz werd, na twintig jaar als kandidaatnotaris, op 7 februari 1947 als eerste vrouwelijke notaris opgenomen in de Broederschap van Notarissen in Nederland. Daar was een lange en verhitte discussie aan voorafgegaan. Bletz zag haar benoeming als “een nieuwe mijlpaal op de weg der vrouwenemancipatie”. (Karen Rijlaarsdam) Bij toeval vond ‘cyberlawyer’ Jurjen Boorsma het (reeds gedigitaliseerde) originele vonnis uit 1619 waarin Hugo de Groot tot levenslang werd veroordeeld. Hij vertaalde het naar modern Nederlands. Boorsma spreekt van een ‘juridisch archeologische vondst’. Het vonnis en de processtukken zijn na 1619 gearchiveerd, maar ook weer zoekgeraakt. In de negentiende eeuw hebben historici de meeste verhoren, de tenlastelegging en het vonnis samen met aantekeningen van De Groot weer teruggevonden. De originelen liggen in het Rijksarchief. In 1871 bracht het Historisch Genootschap Utrecht een bundel uit met alle bekende processtukken. “Dat boekje is door Google Books gedigitaliseerd”, schrijft Boorsma, “en dat vond ik toevallig terug.” ‘EEUWIGE GEVANGENISSE’ Boorsma heeft het zeventiende-eeuwse Nederlands, “met nooit eindigende zinnen”, iets bijgeschaafd om het voor hedendaagse juristen begrijpelijk te maken. Hij heeft de tekst (te vinden via zijn LinkedIn-pagina) voorzien van historische noten, zodat de lezer de context van de veroordeling begrijpt. De Groot werd beschuldigd van hoogverraad. Daarom zat deze jurist, schrijver en advocaat ‘tot een eeuwige gevangenisse’ in slot Loevestein. (Michel Knapen) SUBSIDIEPOT VERNOEMD NAAR DE EERSTE VROUWELIJKE NOTARIS VONNIS HUGO DE GROOT IN MODERN NEDERLANDS HOGE RAAD IS SNEL KLAAR MET CASSATIEZAAK OVER ZES EURO niet dat de verdachte voldoende belang heeft bij vernietiging van de uitspraak van het hof.” De verdachte zal dan ook het hele door het gerechtshof bepaalde bedrag moeten voldoen, inclusief de te veel berekende zes euro. (Martijn Kroese) Bij het toekennen van een schadevergoeding aan een slachtoffer van openlijke geweldpleging maakte het gerechtshof ‘sHertogenbosch een klein rekenfoutje: de vergoeding viel daarom zes euro hoger uit. Klein detail? Wellicht, maar reden genoeg voor de verdachte om in cassatie te gaan. Oorspronkelijk ging het om een mishandelingszaak uit 2022. De destijds twintigjarige verdachte sloeg, samen met enkele medeplegers, in mei van dat jaar een slachtoffer van zijn scooter, trapte hem tegen zijn hoofd en lichaam en vernielde de scooter. Zowel in eerste aanleg als bij het hof werd de man daarvoor veroordeeld, waarbij het slachtoffer een schadevergoeding kreeg toegekend. Gezien de grote medische, psychische én materiële impact was die niet mals: 26.368 euro en 72 cent. De raadsheren van het hof vergisten zich echter bij het optellen van alle schadeposten, en kwamen tot een iets te hoog totaalbedrag: 26.374 euro en 72 cent. Ondanks het minimale verschil diende de advocaat van de verdachte een cassatieverzoek in. TE GERING FINANCIEEL BELANG De procureur-generaal adviseerde in zijn conclusie om de schadevergoeding te wijzigen, maar de Hoge Raad denkt daar anders over. “Op grond van artikel 80a lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie kan de Hoge Raad het cassatieberoep niet-ontvankelijk verklaren op grond van onder meer de omstandigheid dat de partij die dat beroep heeft ingesteld klaarblijkelijk onvoldoende belang heeft bij het cassatieberoep”, schrijven de raadsheren in hun opmerkelijk korte arrest. “Zo’n omstandigheid kan zich voordoen in geval van een ‘te gering financieel belang’. Tegen deze achtergrond blijkt FOTO: STICHTING CONNIE BLETZ

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=